Petrus Henssens in Deurne

De Steenen Kamer, gelegen tegen de Vossenstraat te Deurne, was eigendom van drie personen: Elisabeth van den Broeck, weduwe van Cornelius Crock, van haar zus Cornelia van den Broeck, en van Nicolaas de Hase1, zoon van Bartholomeus en van Heilwigis van den Broeck. Bij akten van 1603, 1606 en 1609 stonden de gezamenlijke erfgenamen Van den Broeck-de Hase hun eigendom af aan Peeter Hemssens of Heijnsens2, te voren brouwer te Antwerpen “Inden Gecroonde
Leeuw”.

Portret van Magdalena de Cuyper, door Jacob
Jordaens ca 1635-1636, weduwe en moeder van
een vooraanstaande Antwerpse koopman in
zijde, Rogier le Witer, tevens groot Aalmoezenier van Antwerpen en kerkmeester van de OLV-kerk, olieverfschilderij Rijksmuseum, Amsterdam

In een schepenakte nr 349 van de gemeente Deurne3 lezen we echter:
Verkoop : “Abraham le Gouche tegenover Peeter Hemssens, brouwer,
calengiert4 de verkoop van een hoeve genaamd de Steene camere groot 24 bunder onder Mortsel en Deurne, door Magdalena de Cuyper tegen haar zusters gedaan.”
Wat deze aanklacht precies inhield, is nog niet nader uitgezocht. (Abraham le Gouche zou een Joodse edelsmid,
koopman, zijn die nog als knecht heeft gewerkt te Leeuwarden en Amsterdam)

Uitwijzens een schepenbrief van 1 april 1653 droegen Peeter Heijnsens, Joanna, Elisabeth, Maria en Catharina hun eigendom over aan Eduard Peeters, koopman te Antwerpen en aan Anna Godevaerts van den Grave, zijne vrouw, mits 23,500 gulden. Eduardo (vervlaamst tot Edward) Peeters benuttigde een deel der hoeve tot het aanleggen van een kasteel dat hij met grachten omringde5. (zie hierna Ferrariskaart 1777 rechtsonder)

De archieven van de familie Peeters d’Aertselaer (heren van Aartselaar en Cleydael), en de familie van de Werve van Schilde hadden de hoeve in bezit tot de Duitse bezetting.

De hoeve bleef onveranderd en is sedert 1748 onafgebroken bewoond6 geweest door de familie De Raedemaeker. (Tijdens de besloten tijd (Franse Tijd) verborgen zij de priesters van Deurne op hun terrein.) We hebben enkel een foto van de hoeve.

Hoeve van de familie De Rademaekers in 1910
Volgens een boek over kastelen te Deurne zou deze foto de hoeve Gecroonde Leeuw zijn, maar er lijken te veel verschillen te zijn met de andere foto’s ofwel is dit de andere zijde van de hoeve.
Foto. F. Van de Poel, 1910, wel de juiste, en voor de gelegenheid ingekleurd.

Als we de kaarten er op naslaan (Caertboek van Deurne en Borgerhout, alsook de kaart van Ferraris), dan wordt al meteen iets duidelijk.
Indien het koppel nabij de hoeve van Petrus Henssens woonde, dan zouden ze alvast de weg langs Berchem nemen om de stad Antwerpen te bereiken. Ook de Sint-Willibrorduskerk van Berchem werd door de Staatsen platgebrand, maar tegen 1630 was hij reeds terug heropgebouwd en functioneel onder stevige impuls van de pastoor Miraeus, een kapittelheer van de OLV-kathedraal.

Als Michiel jr. gedoopt moest worden, dan kon dit in deze kerk gebeuren, tenzij de pastoor omwille van de retorsie zijn toevlucht zocht binnen de stadmuren, dan was er nog de Sint-Joriskerk als eerste kerk binnen de stadsmuren. Want de weg tussen de Gekroonde Leeuw, de plattelandsresidentie van brouwer Henssens, en de Sint-Walburgiskerk lag op een min of meer rechte lijn (rood op de Ferrariskaart uit 1777 hierna).
Michiel werd echter gedoopt in een andere kerk als eerste binnen de stadmuren, nl. Sint-Jacobs, waaruit we waarschijnlijk mogen afleiden dat het gezin Vlam woonde langsheen de Steenweg tussen Deurne-dorp en Borgerhout. Nog een reden om niet vanuit Gekroonde Leeuw te vertrekken, was dat in de 17e eeuw de weg (geel op de Ferrariskaart uit 1777) tot en via de Steenen Brug over de Herentalse Vaart tot aan de Steenweg zeer moeilijk begaanbaar en zeer drassig was. Het was voor de gelovigen al bijzonder moeilijk om hierlangs tot aan de Sint-Fredeganduskerk te raken, laat staan dat ze met een pasgeboren kind die lastige omweg zouden maken.

Hierna kun je op de Google Maps foto samengelegd met een kaart door J.B. Stockmans de locaties terugvinden van enkele hoeven en lusthoven.

en nog een foto van het noordelijker gelegen Lanteernhof:

  1. Het is niet onderzocht of er een relatie bestaat tussen de Antwerpse leerlooiersfamilie de Haze (zie Henricus de Vos) en Bartholomeus de Hase, wegens zijn echtgenote mede-eigenaar van de Steenen Camer, die door Petrus Henssens sr. wordt aangekocht begin jaren 1600. ↩︎
  2. Nog andere verschrijvingen kwamen voor: Hencksels, Hense, Hensen, Hemssen, Hijnse, Heijnsens ↩︎
  3. RAA, OGA Deurne-Borgerhout, 115/349. Zie ook 115/350 en 351 ↩︎
  4. calengieren = aanklagen. Blijkbaar was iemand ↩︎
  5. Geschiedenis van Deurne en Borgerhout, J.B. Stockmans, 1900 ↩︎
  6. Pachters waren geen eigenaar van hun boerderij. Na een of meer termijnen trokken ze naar een andere boerderij. Hetzelfde scenario treffen we ook in Tongerlo aan (zie Petrus Verleuffel en de Uitschoolhoeve) ↩︎

VLAM!