Henricus Verpoorten, herbergier en meer…

Deurne – Doerne

EntiteitNaamSoeverein
GemeenteDEURNEVrijvrouwe van Wittenhorst, Margaretha Wilhelmina
ProvincieStaats-BrabantRaad van State
LandRepubliek der Zeven Verenigde NederlandenStaten-Generaal

Henricus Verpoorten was de knecht van Otto Theodorus de Visschere die een zwak had voor de dochter van de schout en secretaris van Deurne en waard van Die Verkeerde Wereldt in Deurne.

Zij (Lieske) heeft verkering met een jonge van voorname, Gemertse familie, een Hendrick Gysbert Verpoorten, die nu reeds in “Die Verkeerde Weereldt” bier brouwt, jenever stookt en de herberg naloopt als toekomstig kastelein.
Hij slaapt echter op het Klein-Kasteel
1, want twee geliefden ’s nachts onder een dak is niet deftig. (Dit verklaart haar vader Otto dus.)

Deurne heeft twee kastelen, het Groot en het Klein of Oud Kasteel,
die in het Haageind aan weerszijden van de weg staan2.

Het Klein Kasteel werd in 1655 eigendom van Otto, dat hij bij testament had verkregen van de Vrouwe van Deurne3 na haar overlijden. Toen hij nog schout was van Deurne huurde hij het Groot Kasteel van dezelfde heren van Deurne tot september 1651, wanneer Rogier, baron van Leefdael, het goed kocht van de heren van Doerne.

Het ‘Klein Kasteel’ of ‘Hof van Doerne’ of ‘Oud Huijs’, links de watermolen en rechts het Haageind, gezien vanuit de lucht. Foto collectie Toon Timmers (Deurnewiki.nl). Het witte herenhuis dateert pas uit de 19e eeuw. ten tijde van Otto de Visschere was hier ook nog een toegang over grachten met valbrug, en een boerderij.

Bancke van Doerne

Gemert – Gimmert

Gemert
EntiteitNaamSoeverein
GemeenteRijksheerlijkheid GEMERTCommandeur van de Duitse Orde: Caspar Ulrich van Hoensbroek (geschorst4)
ProvincieBalije Alden BiesenLandscommandeur van de Duitse Orde: Godfried Huyn van Geleen 
LandHeilig Roomse RijkKeizer Ferdinand III
De Grootmeester van de Duitse Orde was enkel de Paus verantwoording schuldig.

Hendrik Verpoorten was de zoon van Gijsbert Henrici (Gisbertus/Hendrikszn) Verpoorten (1615-1669) en van Aleijdis Wilhelmi Jans Maessen (1607 – ). Dit koppel trouwde in Gemert op 29/11/1637.

Volgens onderzoek door collega’s5 zouden de volgende kinderen geboren zijn:

  1. Maria Verpoorten (getrouwd met Werbrouck)
  2. Petronella Verpoorten (1638 – )
  3. Barbara Gysbertdr Verpoorten (1639-1711)
  4. Joanna Gysbertdr (26/11/1640-19/02/1695), getrouwd in Gemert op 30/11/1662 met Hendricus Maximiliaans Bardoel (Pardoel),
    • waaruit zoon Joannes Hendrikszn Pardoel (1665-Wijchen14/10/1738)
  5. Henricus Gijsbertus (1642-1699) trouwde met Elisabeth de Visschere, dochter van de schout en herbergier Otto de Visschere (ca 1608-1679 Berlicum/begraven Gemert) en Sophia Jans Coenen (1620-28/10/1685)
  6. Margaretha Anna Verpoorten (1650 – )
Doopakte Henricus Verpoorten, Gemert, gedoopt op 12-02-1642

Hendrik Verpoorten werd jaren na de dood van zijn ouders, Gijsbert H. Verpoorten en Aleijdis W. Maessen, de nieuwe waard van herberg Sint-Joris op de Merckt van Gemert (vandaag het Ridderplein). uiteindelijk werd hij schepen en nog later president-schepen6

Herberg “In de Sint-Joris” op de Merckt

Sieur Hendrick Verpoorten was niet alleen schepen-president van de Soeverijne Heerlijkheid Gemert; hij was ook herbergier van de oudste herberg van het dorp, daar waar nu het gemeentehuis zich bevindt. (links op de foto)

 (Rechts op de foto zien we herberg De Keizer maar die is van een latere datum, al wil men je iets anders laten geloven, want er bestond ooit een herberg De Keizer op een minder voorname locatie in Gemert)

Onder de schil van het huidige gemeentehuis (met bordestrap) gaat de riante negentiende-eeuwse neo-klassieke villa schuil van Willem van Schijndel, die de eerste klompenfabriek uit de grond stampte. De villa van Willem van Schijndel is indertijd verrezen op de plaats van herberg “In de ridder Sint Joris” al bekend vanaf 1549. Schuin achter het pand, waar nu de hoofdingang ligt van het gemeentehuis, ging je naar de bij de herberg behorende bierbrouwerij. Rond 1600 waren er aan het Ridderplein (toen officieel nog ‘Plaatse’ of ‘Merckt’ geheten) al vier ‘brouwhuizen’ gevestigd, maar de naar Sint Joris genoemde herberg was eeuwenlang de belangrijkste.

Enkele jaren nadat het gezin de Vlam zich in Gemert vestigde, overleed Hendrik. Op Paaszondag kreeg hij de laatste Sacramenten toegediend en overleed hij nog diezelfde dag.

Begraafakte Henricus Verpoorten, Gemert, overleden op Pasen 19 april 169 en begraven op 22 april 1699.

Herberg Sint-Joris werd verkocht en de inboedel verdeeld onder de kinderen. Wellicht nam Ignatius behield Ignatius dat deel dat hij kon gebruiken voor de inrichting van zijn herberg Den Engel.

Ignatius de Vlam & Maria Verpoorten
Jan Jansen Laermans & Johanna Verpoorten

Verkopen aan

– Petronella Verpoorten
– Gisbertus Verpoorten
– Caterina Verpoorten (minderjarig; momboirs: Johan Verschuijl & Jan Hes (schepen))
– Aldegonde Verpoorten (minderjarig; momboirs: Johan Verschuijl & Jan Hes (schepen))
– Wilhelmus Verpoorten (minderjarig; momboirs: Johan Verschuijl & Jan Hes (schepen))

Een huis, schuur, hof, brouwgetouw, tonnen, vaten, …, van de Sint-Joris op de Merckt (heden Ridderplein), belast met een vat rogge (voor de pastorie) en belast met 2 Gld 5 St. voor de H. Geesttafel.
Perceel land op de Boomtuijn (13 roeden), gelegen naast erf Willem van Maenen en Thonij de Smidt en de loop.
Grasland (6 copsaeten)
Teulland (aan de oliemolen in de schutboom) naast erf van gerard Claessen, wed. Jacob Jansen Verschuijl, de oliemolen en de hoofdweg. Belast met 6 vaten rogge en 6 vaten haver aan de Commanderije.

Herberg Sint-Joris op het huidige Ridderplein is reeds lang verdwenen. In de plaats kwam het gebouw dat vandaag als stadhuis dienst doet.

Vanaf de doorgang rechts van het gebouw loopt de Sint-Joris en Sint-Tunnisgang.

We hebben helaas geen tekening of schilderij met de oude herberg, maar op de tekening hierna door V. Klotz uit 1675 zien we nog enkele vergelijkbare huizen van die tijd op de Merckt.

(Detail ontleend aan Heemkundekring “De Kommanderij Gemert” Gemert in beeld, nr., 1995) Voor alle duidelijkheid: de huizen rechts liggen zowat tegenover de kerk; we zien dus niet de herberg Sint-Joris op deze tekening.

En dan nog dit: als we gelinkte gegevens vergelijken, dan zouden we op de volgende stamboom kunnen uitkomen voor de families de Visschere en Verpoorten:

  1. In het beekdal van de Bakelse Aa of Vlier werd aan de oostzijde van het Haageind vóór 1383 een vierkante donjon gebouwd, die later de namen Oud HuisKlein Kasteel en Oud Kasteel kreeg. In dezelfde periode verrees ook een watermolen op de Bakelse Aa ten noorden van het Klein Kasteel. Dit kasteel diende als residentie van de heer van Deurne, eigenaar van de heerlijkheid. [bron: Deurnewiki,nl] ↩︎
  2. Deurne heeft twee kastelen, het Groot-Kasteel en het Klein- of Oud Kasteel, die in het Haageind aan weerszijden van de weg staan. Verder treft men in Vlierden op de Baarschot een oud kasteeltje aan, dat thans
    als boerderij fungeert, terwijl eenmaal in Liessel het blokhuis stond,
    een fraai sterk kasteel met vier imposante torens, dat echter reeds
    meer dan anderhalve eeuw geleden werd gesloopt. Het Klein of
    Oud Kasteel van Deurne wordt reeds in 1396 vermeld. Van de
    poorten, valbrug en grachten is niets meer over: het gevaar van de
    kant van Opper-Gelder is reeds lang geweken. Aan de oude, vierkante
    toren is een lage boerderij gemetseld en aan de andere zijde
    een wit huis met een rood pannendak. Het wordt bewoond door
    baron Theodore De Smeth, ook eigenaar van het Groot Kasteel.
    Het imposante nieuwe kasteel werd in de tweede helft van de 15e
    eeuw gebouwd: in zijn oorspronkelijke staat was het een zuiver gothisch slot met vier torens op de hoeken: op drie hoeken een hangtoren en rechts van de ingang een zwaardere vierkante toren. In 1760 kocht Theodorus De Smeth, hoofd van de grote handels- en bankiersfirma “Raymond en Theodoor de Smeth en Co.” te Amsterdam de heerlijkheid Deurne en Liessel. Na de restauratie in 1906 kreeg het kasteel zijn oude glorie terug en ook het interieur was rijk verzorgd. De oorlog eiste het op: Peelland verloor daardoor een van zijn meest gave middeleeuwse burchten. [dr. H van Velthoven, Noord-Brabant, een gewest in opkomst, 1947] ↩︎
  3. Margaretha Wilhelmina, Vrijvrouwe van Wittenhorst. Vrouwe
    van Doerne, van Rossum, van Brouckhuysen etc. Zij verkocht de heerlijkheid aan Jan van Huijn die op het kasteel te Horst verbleef. Margriet verbleef in haar ouderlijk kasteel van het nabijgelegen Gelderse Broekhuizen. ↩︎
  4. Caspar Ulrich van Hoensbroek (1635-1645): In het midden van de jaren veertig van de 17e eeuw moet Van Hoensbroek “wegens ongehoorzaamheid” door de landcommandeur als commandeur van Gemert zijn geschorst. Hij klaagt daarover bij de grootmeester, maar wordt niet in ere hersteld. Daarop wendt hij zich tot de Staten Generaal in Den Haag. Caspar Ulrich van Hoensbroek verkwanselt de vrije en soevereine Commanderij Gemert aan de Republiek. Staatse troepen bezetten Gemert, nemen kerk en archief in beslag en sluiten het predikherenklooster en de Latijnse School. Deze situatie zal tot 1662 duren. Van Hoensbroek overlijdt in 1655. Op last van de Staten Generaal zou hij in het koor van de ‘ontwijde’ parochiekerk in Gemert zijn bijgezet. ↩︎
  5. De akten hiervoor moeten nog worden opgespoord; deze gegevens zijn dus onder voorbehoud van eigen onderzoek. ↩︎
  6. Het schepenambt bestaat nog in België en bevolkt het College van Schepenen en Burgemeester. De Eerste Schepen (vroeger voorschepen of president-schepen is plaatsvervanger van de Burgemeester. In Nederland spreken we van de wethouder en het College van B(urgemeester) en W(ethouders). Niettemin bestaan er wel grote verschillen in bevoegdheden en functies met de schepenambten uit het Ancien Régime. ↩︎

VLAM!